Voedselbos

Kort door de bocht lijkt een voedselbos gewoon een bos van waaruit men kan oogsten, of dit nu om de schors, de bloesems, de vruchten of wat dan ook gaat. Maar in een diepere betekenis is een voedselbos een echt ecosysteem,waarbij voedselproductie samen gaat met een hoge natuurwaarde. De voedselproductie is dus in tegenstelling tot de typische landbouw met zijn monocultuur, een echte polycultuur met een uitgebreid netwerk van onderlinge relaties. Dit netwerk beslaat ook een uitgebreid gamma, doordat het niet alleen de onderlinge relaties tussen planten betreft, maar ook inspeelt op de dynamiek met de wilde fauna.

Geschiedenis

2010

Algemeen een zeer sterke toename van de voedselbossen in onze streken.

Biodiversiteit

Aangezien een voedselbos op een natuurlijkere manier omgaat met de dynamiek van een voedselweb, heeft dit ook een impact op de lokale biodiversiteit. Aangezien de meeste voedselbossen nog zeer jong zijn, is dit effect des te opmerkelijk. Op termijn van enkele jaren zijn we reeds een positieve evolutie in het aandeel vlinders, loopkevers en vogels.

Woelmuizen kunnen enorme schade toebrengen aan voedselgewassen en kunnen binnen een voedselbos grotesk toenemen. Het aantrekken van predatoren en het veroorzaken van een evenwicht door het in de eerste fase te toleren van de muizen, is een belangrijke techniek.

Een voedselbos is niet alleen een uitbreiding op een bestaande leefomgeving, maar is in vele gebieden een extra leefgebied, waardoor de biodiversiteit lokaal gezien zeer sterk wordt verhoogd. 

Fauna

Muizen

Na verschillende inventarisaties blijkt dat de populaties rosse woelmuis en bosmuis sterk zijn toegenomen. Andere soorten zoals de dwergmuizen en bosspitsmuizen gaan dan weer achteruit in aantal. Nog andere soorten zoals de aardmuis, de veldmuis en de dwergspitsmuis werden slechts sporadisch waargenomen.

We zien dus overduidelijk een stijging bij de populaties van muizen die sterk geassocieerd zijn met bossystemen. Deze evolutie verloopt wel spectaculairder dan eerst werd vermoed, bij de bosmuizen zien we al een toename van nul naar zes op vier jaar tijd. Het is moeilijk om over deze waarnemingen vaste patronen en verwachtingen te maken, aangezien de muizen behalve een veranderend landschap nog meerdere factoren hebben die hun omvang beïnvloeden. Zo zijn overstromingen, de algemene achteruitgang en de opkomst van predatoren sterk bepalend voor de muizen.

Marterachtigen

Nadat de muizenpopulaties drastisch gegroeid zijn, zien we ook steeds meer en meer predatoren voorkomen. Denk hierbij dan aan een wezel, hermelijn en bunzing. Zoals aangegeven fluctueert een populatie predatoren en prooidieren steeds, en zien we telkens jaren met pieken gevolgd door jaren van diepe dalen.